Steve - Gastblog Johan De Wilde
Johan De Wilde | Odisee Hogeschool, covoorzitter VELOV
Waarover gaat het?
We spreken in onderwijskringen vaker over inclusie dan over exclusie hoewel we moeilijk over het ene zonder het andere kunnen denken. In deze blog stelt Johan De Wilde vast dat er recent vanuit heel uiteenlopende invalshoeken stof tot nadenken over dit thema komt. Hij geeft de lezer een voorzet vanuit de film Steve en toont dat naast rapporten en analyses ook artistieke producten onze onderwijsvisie uitdagen en aanzetten beschouwingen te maken bij het beleid.
Het recht op onderwijs is hot. Internationaal is er de groeiende berichtgeving over de grote schendingen in Gaza en op de Westelijke Jordaanoever, waar Israël de Palestijnse onderwijsinfrastructuur vernielt. Ook in eigen land denken we publiek na over wie uit de boot valt en waar dan juist elke leerplichtige recht op heeft. Getuige daarvan eind september het rapport Thuiszitters uit de schaduw van het Kinderrechtencommissariaat en begin oktober de studiedag van de VLOR over het recht op leren in onderwijs . Met de Netflix-film Steve voegt onze landgenoot Tim Mielants een extra element toe aan onze stof tot nadenken. In plaats van rapporten met voornamelijk macrocijfers en analyses van de realiteit vandaag gaat het in het laatste geval om fictieve personages waar je mee meeleeft in het Engeland van dertig jaar geleden.
Cillian Murphy speelt Steve, de teamleider van een fictief heropvoedings- en onderwijsproject voor tienerjongens in een landgoed op het Engelse platteland. We zijn juni 1996, het EK voetbal in Engeland is aan de gang. Aan ons om erbij te denken dat we minder dan een jaar van de enorme verkiezingsoverwinning van Tony Blair zijn, die na achttien jaar oppositie met Labour de Conservative Party van de macht zal houden. De ouderen onder ons herinneren zich wellicht ook nog Tony Blairs education, education, education uitspraak, toen hem gevraagd werd naar zijn prioriteiten. De film geeft enkel mee dat over de jaren duchtig de schaar is gezet in het projectbudget en dus ook in de professionele staf.
Beleidsvisie is een, implementatie nog iets anders
Daarmee komen we meteen bij een eerste vraag die de film oproept. Wat is het relatieve belang van de principiële keuzes die het onderwijs- of welzijnsbeleid maakt enerzijds en van het budget dat het daarvoor voorziet anderzijds? Het is immers al te eenvoudig te denken dat een regering slechts twee opties heeft: voor iets gaan of er niet voor gaan en een andere keuze maken. Regeringen kunnen in de praktijk ook lippendienst aan iets bewijzen maar geen doordachte implementatiestrategie laten volgen op de principebeslissing of er niet de nodige middelen voor uittrekken. Het omgekeerde is ook waar. Regeringen kunnen stilletjes werk maken van beleidslijnen die ze pretenderen niet belangrijk te vinden of die ze liever verborgen houden.
Steve maakt dat heel concreet. Voor zover het al aangewezen zou zijn om tienerjongens die probleemgedrag stellen, uit hun vertrouwde (school)omgeving weg te halen en ze op een plaats samen te brengen en toe te wijzen aan een multidisciplinair team van opvoeders, paramedici en leerkrachten, dan is het zeker onverantwoord om te knippen in de projectstaf, zelfs als men simultaan het aantal op te vangen jongeren reduceert. Waarom doen beleidsmakers zoiets? Snoeien ze om het project publiekelijk te laten falen om er vervolgens zonder enig protest de stekker uit te kunnen trekken? Of sturen ze niet op het falen aan en rekenen ze op het voluntarisme van de professionals om alles draaiend te houden, ondanks hun bezuinigingen?
Het verhaal is herkenbaar, zelfs in termen van exclusie-inclusiekwesties in Vlaanderen en Brussel. Neem bijvoorbeeld het voormalige M-decreet. De voorstanders ervan zeiden dat inclusie geen kans kreeg bij gebrek aan middelen. Zelfs wie de visie achter het M-decreet niet genegen was, zal toegeven dat de manier waarop het geïmplementeerd werd, niet toeliet aan te tonen dat de uitgangspunten onrealistisch waren.
Met het leersteundecreet werden de principes aangepast, maar de vraag blijft of de middelen volstaan om de verlaagde ambitie waar te maken. Veel ouders wachten tevergeefs op een plaats voor hun kind in het buitengewoon onderwijs. Meer nog, in september is het jaarbudget voor 2025 leeg om noodzakelijke technische hulpmiddelen te kopen die bijvoorbeeld slechtziende kinderen toelaten les te volgen in het gewoon onderwijs. Op die manier jaagt het beleid zelfs de meest inclusie-welwillenden in het gewoon onderwijs tegen zich in het harnas.
Dergelijk slecht beleid is niet nieuw en het is geen exclusief onderwijsprobleem. Put your money where your mouth is, wordt ook in andere domeinen genegeerd. Misschien moeten we ons vaker de vraag stellen wat het ergst is: een goed uitgevoerd beleid waar we niet achter staan of een slecht uitgevoerd beleid waar we voor geijverd hebben?
Luisteren naar jongeren
Steve is niet alleen omwille van mogelijke politieke lezingen een interessante film om met je team te bekijken. Een spontane nabespreking zal wellicht in eerste instantie focussen op de manier waarop Cillian Murphy gestalte geeft aan Steve en de mate waarin we ons in zijn geloof in mensen en in zijn zwaktes herkennen. Even interessant en ongemakkelijk is de vraag of wij deze jongens in onze klassen willen? Hoeveel geduld hebben wij met hun korte lontjes? Hoeveel moeite zouden wij willen doen om in hun hoofd te kruipen en hun gedachten en gevoelens te lezen? Willen wij hen definitief schorsen als we nadenken over waar ze dan terechtkomen? Is er plaats in een andere bereikbare school en zijn ze er welkom? Kunnen ze terecht in type 3 van het buitengewoon onderwijs of riskeren ze in de schaduw te belanden waarover het Kinderrechtencommissariaat schreef? Waarmee belasten we hun ouders en de samenleving dan?
Even interessant en ongemakkelijk is de vraag of wij deze jongens in onze klassen willen?
Goede humor maakt dat niet alles aan de film zwaar op de hand is. Bovendien is er de rode draad van de weerkerende vraag van een cameraploeg om jezelf te typeren in 3 woorden. Veel personages beantwoorden ze, elk op zijn manier. De vraag triggert je ook als kijker. Wat zou jij antwoorden? En je stelt jezelf de vraag welk personage het hart op de tong heeft en wie een façade optrekt. De vrijblijvendheid waarmee de interviewer ze stelt steekt af tegen de ernst waarmee Steve één-op-één gesprekken voert. Hij luistert echt, is oprecht geïnteresseerd in de jongens. Hij wil hen begeleiden, hen niet gewoon in een vakje steken of als wat dan ook afschilderen. Hij maakt pijnlijk maar mooi duidelijk waar de leraar als opvoeder voor staat en voor gaat. Willen wij dat ook? Willen we elkaar steunen als we vallen en durven we onze uitdagende gasten met hun korte lontjes nabij zijn, wetende dat daar de ontploffing het hardst aankomt?
De film is geïnspireerd op Max Porters novelle Shy (2023) die zich een jaar eerder afspeelt. De jongen Shy is daarin het hoofdpersonage en hij gaat naar “de Laatste Kans School”. Meer nog dan een bewerking is de film een complement van de novelle, hij voegt er iets aan toe, zoals ook Shy iets aan Steve toevoegt.
Johan De Wilde
lerarenopleider Odisee hogeschool, covoorzitter van VELOV (Beroepsvereniging van Vlaamse lerarenopleiders) en voorzitter van het LOP SO in Aalst.
Sinds jaargang nr. 53 verschijnt Impuls - Onderwijstijdschrift voor leidinggevenden bij uitgeverij Gompel & Svacina
Doe je zelf en je team een cadeau met een abonnement op Impuls
De rechtstreekse link naar een abonnement is: https://gompel-svacina.eu/product/impuls-abo/
Lees IMPULS – Onderwijstijdschrift voor leidinggevenden
Je onderwijsteam enthousiasmeren en engageren is cruciaal. Impuls helpt daarbij. Het biedt als enige onafhankelijk tijdschrift ter zake een waardevolle ondersteuning aan schoolleiders. Impuls publiceert vier keer per jaar artikelen, interviews, recensies en achtergrondinformatie over schoolleiderschap. Tussentijdse blogberichten geven kritische opinies bij de actualiteit.
Abonneren op het tijdschrift IMPULS:
https://gompel-svacina.eu/product/impuls-abo/

.jpg)

Reacties
Een reactie posten